dinsdag 23 februari 2021

Het einde van de winter.

Hij is er weer, de ijsvogel. En de vissen zijn ook sinds enkele dagen weer uit het zand opgedoken, deze combinatie kan geen toeval zijn.



 Hij zit er nu al een kwartier, doodstil op een tak boven de vijver. Dan wordt zijn geduld beloond, twee keer een plons en twee keer raak. Kan bijna niet anders, altijd prijs in onze overvolle kom. Hij heeft nu al een poosje niet bewogen, ik denk dat hij zit uit te buiken. Arme visjes, maar zo is het leven, zo ben je er en zo ben je er niet.

Het kindje dat in de container is gegooid is er wel, die laat zich niet kisten. Een dappere. De moeder is nog zoek, geloof ik. Maar wat heb je er aan om haar te vinden. Haar straffen? Ze had vast een hele goede reden om zich te ontdoen van haar last. Maar beter had ze het op iemands stoep kunnen leggen, aanbellen en hard wegrennen, voor zover ze kon rennen na de bevalling.

We hebben een nieuw kacheltje. De winter was weer zo zacht, op die ene week na, dat de centrale verwarming alleen na 5 uur aan ging. Overdag een oliekacheltje, zoals onze ouders in de schuur hadden staan om het bevriezen van de loden leidingen te voorkomen. We hadden er twee, een in huis en een in de gîte in wording. De huiskachel loefde en moest een nieuwe pit, dachten we. Dat kostte 65 euro en hij loefde nog steeds  en steeds erger, het leek wel of het hele ding in brand stond. Bleek dat de dop van het tankje lekte. Nieuwe dop na lang zoeken op internet gevonden. 50 euro. Dus hele kachel naar de poubelle, waar de beheerder hem opzij gezet heeft want je weet maar nooit. Het gîte kacheltje dat we toen maar in huis gehaald hadden, begon na het aansteken keihard te ratelen. Soms lukte het na veel gevleok (Brigitte Kaandorp) om hem aan te houden zonder ratel. Dit kacheltje was pas 4 maanden oud. Een nieuwe kostte 100 euro, dus dat maar gedaan en wonder boven wonder, de technicien van de Point P. heeft het gîte kacheltje, waar nog garantie op zat weten te repareren. Zo komen we toch nog het laatste restje van de winter door. 





Eigenlijk is het al klaar met die winter. Ik ben al de hele week in de tuin bezig. Gras inzaaien eindelijk, toen gistermorgen de wind even was gaan liggen. En opruimen, dooie takken knippen, kattendrollen opruimen. Nutteloze plantjes kopen die zo weer bruin zijn als het nog een nachtje vriest en een kikker met een paraplu die bij het eerste briesje omwaait. De lentekoorts heeft toegeslagen en met de corona gaat het goed en ergens anders weer slecht. De vaccins laten op zich wachten  en om 6 uur binnen. En wat doen we nu straks met de avondklokhondjes? Ook maar in de container?

Vanmiddag een wandeling rond een meer dat teleurstellend klein bleek. Met een half uur hadden we het gerond. Maar wel mooi.

vrijdag 12 februari 2021

Ze hebben ons verlaten...


 Gistermorgen bij het krieken van de dag is hij weggereden. Sneeuw en ijs, lockdowns en attesten, quarentaines en controles konden hem niet weerhouden de barre tocht naar het Noorden te ondernemen. De Held! Nu zitten beer en ik de thuiswacht te houden over katten en kippen die niet naar buiten durven omdat dat witte spul zo koud is aan hun gat.

Poesje Samir is de grootste schijterd, hij wil absoluut niet naar buiten en zoekt vertwijfeld in alle hoeken en gaten waar hij zijn drolletjes kan leggen. Ik zet hem al worstelend en kronkelend buiten voor de deur, aan de zonnige kant. Daar zet hij 3 stappen en ontdoet zich van zijn ballast. Bij nadere inspectie zie ik hier voor zeker 6 dagen aan drollen liggen. De kippen kwamen helemaal niet uit hun nachthok zolang het vroor, bang dat hun pootjes zouden vastvriezen? Ik vraag mij af hoe ze dat weten. Het zijn jonge kippen, het is hun eerste winter, ze hebben geen moeder die hun waarschuwt voor de gevaren des levens.

Ik zelf kom ook nauwelijks buiten de deur. Bang dat mijn pootjes vastvriezen?  Ten eerste vind ik het niet aangenaam, die poolwind rechtstreeks uit de poesta die pijn doet aan mijn gevoelige sinussen en ook ben ik bang een schuiver te maken en met een klap op mijn achterhoofd te landen om dan morgenochtend stijf bevroren teruggevonden te worden door een boer die zijn mest komt lossen. Of hij rijdt over me heen, want boeren kennen geen christelijke tijden, die rijden midden in de nacht nog met hun stink mest. Voor hen geldt geen spertijd. Gister heb ik tegen heug en meug wel een kleine wandeling gemaakt met Chinese Ling. Dat arme mens zit ook altijd maar alleen met die akelige vent van haar. Maar degene die een schuiver maakte was zij. Niets aan de hand, ze moest vreselijk lachen, zoals Chinezen plegen te doen om alles wat niet leuk is en ze stond gelijk weer op haar beentjes. Ze valt natuurlijk ook niet van zo hoog, want ze is heel klein, daarom word ik er ook gek van als ik met haar moet lopen of fietsen, ze neemt hele kleine pasjes en schiet niet op. Nu begrijp ik wat Marimon uit te staan heeft met mij. Maar hij houdt van mij en ik hou niet van Ling. 

En verder ben ik net zo'n schijterd geworden als Samir. Ik durf nauwelijks de weg op met mijn Paarsje. Met de nieuwe Blauwe al helemaal niet want ik wens geen deuk in haar te rijden. Reed ik vroeger, zelfs een paar jaar geleden nog, niet ook naar Nederland in mijn eentje vanuit de Corrèze midden in de winter? Zelfs ging ik daar door bergen sneeuw met Paarsje mensen bezoeken die ingesneeuwd zaten. Wacht even... Nu ik het uitreken is een paar jaar wel zeker 15 jaar, want we wonen hier al 6 jaar en 8 jaar in de Charente-Maritime, waar het uiterst zelden sneeuwde. Time flies. Ziekte, zwakte, lock down, virussen alom...het knaagt aan mijn zelfvertrouwen. Als het eerst maar weer lente is.