De uitslag van de bloedtest was zo alarmerend dat ik vanuit het lab gebeld werd door een dokter. Fikse ontsteking gevonden in het bloed, meteen de volgende morgen naar de urgence.
Woensdagmorgen denken we even bij de urgence antibiotica af te halen. Misgerekend, 's avonds was ik er nog.
Ik werd op een bed met wieltjes gezet en naar een kamertje gereden. Kleed u zich maar uit dan komt er iemand naar uw been kijken. Uitkleden? Alleen de onderkant toch wel? Nee helemaal. Ik kreeg een soort operatiehemd aan, zo een die van achter sluit of niet sluit, zodat je in je ondergoed loopt en een aansluiting voor een infuus op mijn hand. De docteresse kwam, een heel lieve Tunesische vrouw, zij bekeek de knie en de wond die er 25 cm. boven zit. Die wond zit er al 12 jaar, hij gaat dicht, er vormt zich een rare dikke korst die na een paar weken afvalt en dan beginnen we opnieuw. Wij dachten allebei dat de infectie vandaar kwam. Er werd weer bloed getapt en ik kon op mijn rolbed naar de open ruimte gereden. Later werd er weer een radio van de knie gemaakt en dat was het voorlopig. Het wachten was nu op de orthopédiste die een punctie in mijn knie zou komen doen, maar hij kwam niet want hij zat vast op het bloc opératoire.
Op de duur, al ver in de middag, hebben de twee damesartsen het samen gedaan. De Tunesische had het nog nooit gedaan, maar wilde graag de ervaring opdoen onder het toeziend oog van arts 2. En het lukte, ze haalde er twee potjes mooi geel vocht uit die naar het lab werden gestuurd om te onderzoeken op bacteriën. Het was een hele intieme ervaring, zo wij met ons drieën, alsof we iets stiekems aan het doen waren. Een nieuwe ervaring voor ons beiden, beetje pijnlijk wel maar verzacht door het aangename gezelschap.
Zij hoopte op een snel resultaat vanuit het lab en daarom moest ik wachten met het infuus aan mijn hand waar alleen water doordruppelde om hem open te houden.
De hele dag heb ik daar gelegen, gezeten, want je kon het bed zodanig verstellen zodat je kon zitten en om je heen kijken. Eten en drinken mocht ik niet voor het geval er meer proeven moesten worden genomen. Ik zag steeds plateau's met heerlijk ziekenhuiseten voorbij komen, maar ik kreeg niks. En niemand die mij dat uitlegde.
Er was veel te kijken, ik heb mij niet verveeld. Hier zie je pas hoe de gezondheidszorg aan het inploffen is. De verzorgers en artsen deden reuze hun best om te redden wat er nog te redden viel, renden de hele dag heen en weer, maar het gebrek aan specialisten stagneerde de boel. Zo bleven de meeste mensen daar de hele dag liggen, in een open ruimte met wat kunststof harmonica wanden tussen de bedden in. Je lag daar naakt onder je operatiehemd, ik kreeg het koud maar dekentjes waren schaars goed. Ik trok stiekum mijn legging maar weer aan en knoopte een vest rond mijn schouders. Af en toe kwam er wel een leerling een thermometer in m'n oor stoppen, maar verder moet je maar voor jezelf zorgen. Gelukkig loop ik nu, hetzij wankel, maar zonder brace en zonder krukken. Ik voelde mij gelijk een duivelskunstenaar op het toilet, wiebelend met het infuuszakje en de naald in mijn hand zwevend boven de toiletpot. En geen druppel ernaast!
Niet alleen waren er liggende mensen, maar ook twee oudere mensen zittend op een stoel vast aan een infuus. De vrouw, die dement aandeed, deed voortdurend ontsnappingspogingen. De verzorgers spraken haar dan streng toe, blijkbaar moest het vochtzakje leeg voordat ze naar huis mocht. Een man zat er ook in zo'n stoel, de hele dag, een zwerverachtig type. Ik vroeg hem sinds wanneer hij daar zat. Sinds gister, zei hij. Maar ik slaap boven.
Naast mij kwam een oude man die enorme stennis maakte, want hij wilde naar huis hoewel hij er nauwelijks was. Al het verplegend personeel probeerde op hem in te praten, maar niets hielp. Hij kreeg het voor elkaar, toen het personeel even niet meer op hem lette, om het infuus eruit te trekken en zich van top tot teen aan te kleden, met pet en al. Op de afdeling liep een zwarte dokter uit Afrika rond, een boom van een vent, over de 2 meter. Heel rustig begon hij een gesprek met hem. Imposant gezicht zo'n rustige reus tegenover dat opstandige kleine kereltje. Maar toen ik uiteindelijk in de hal zat te wachten tot Marimon me op zou halen, zat hij er nog, in zijn zondagse pak. Hij moet toch nog weer een keer uitgekleed en terug in bed. Of ze dat nog voor elkaar gekregen hebben weet ik niet.
De minister van volksgezondheid zou hier undercover eens een dagje moeten doorbrengen. Niet dat hij een oplossing zou brengen. Franse specialisten kijken wel uit om voor een habbekrats te werken. De meeste specialisten komen uit het buitenland. Ik las dat er buitenlandse artsen in ziekenhuizen werken die binnen 2 jaar een soort vergelijkend diploma moeten halen, als ze zakken gaan ze er uit. Maar zeiden deze artsen, hoe moeten we ons voorbereiden op deze examens als we 70 uur per week werken?
Afijn, ik ben weer thuis en wacht af. Bloed en knievocht staan op kweek. Ik probeer een antibioticakuurtje dat niet aanslaat en probeer mijn temperatuur er onder te houden met paracetamol. Dat lukt een beetje, maar niet helemaal. Verder moeten we gewoon afwachten..
Gelukkig heb ik Marimon die voor mij zorgt..