maandag 5 december 2016

De opa uit het weeshuis

Opa Freek Bot, tweede generatie weeshuisklant.

Mijn grootvader van moeders kant, was een weesjongen. Ik heb hem nooit gekend, want hij stierf nog voor zijn 50ste jaar, in 1933. Lezend in het 'Botboek', een boek door een neef geschreven over de familie Bot, zie ik dat mijn overgrootvader ook al in een weeshuis is opgegroeid. Deze Cornelis Bot was 6 jaar oud toen zijn vader stierf. Zijn moeder heeft de tent nog 2 jaar draaiende kunnen houden in haar eentje, toen trouwde ze met ene Simon Dubbeld en was ze uit de zorgen.

Geloof het maar niet. Ten eerste gingen haar twee zoontjes, Cornelis van 8 en zijn broertje Meindert van 4, ogenblikkelijk het weeshuis in. Waarom, denk je dan. Wat wreed.
Ik begon een idee van de situatie te krijgen, toen ik naar de trouwdatum keek (eind december) en dan naar de geboortedatum van het kind dat ze van meneer Dubbeld kreeg (januari). Het arme mens was hoogzwanger, ze had gewoon geen keus! Daar bij kwam dat haar nieuwe echtgenoot geen enkele bron van inkomsten had, zo bleek bij de aangifte van het kind bij de burgelijke stand. Zonder beroep. Geen bliksnijder, gaatjesprikker, lijntrekker, zelfs geen dagloner. Hij deed gewoon helemaal niks. Dat arme mens moest dus weer aan de slag, met baby en al. Dit kind mocht thuis blijven wonen en het volgende kind ook. Bij de geboorte van deze laatste spruit had hij werk, arbeider was hij geworden, we gaan vooruit.
Maar Cornelis en Meindert zaten nog steeds in het weeshuis en bleven daar tot hun 18de jaar.

Op het internet las ik, zoekend naar de naam Haasje Claes, die ook voorkwam in het Botboek, ik een curieus verhaal over het Burgerweeshuis in Amsterdam. In het jaar 1566, zou daar een vreemde ziekte onder de weesjes geheerst hebben. De z.g. weeshuisziekte. De zieke kinders werden overgebracht naar het
Sintpaulusbroederklooster, maar al snel ontsnapten zij daar bij bosjes, en trokken in groepen door de stad, zowel jongens als meisjes. Men verhaalt over zo'n 70 kinderen, die een zeer vreemd gedrag vertoonden, als katten tegen muren van gebouwen klauterden, en grimassen trekkend als dieren over straat kropen. Het werd een ware plaag. Niemand wist wat er aan de hand was, maar natuurlijk beschuldigden katholieken en protestanten elkaar van hekserij en magie (bedenk dat de beeldenstorm net was voorbijgetrokken). Nu denkt men dat het een gevolg was van slecht eten in het weeshuis. De laatste maanden voorafgaand aan de 'ziekte', schenen de weesjes hennepkoeken te hebben gegeten als enig voedsel...

Zoek maar op internet: Het Burgerweeshuis Amsterdam

Geen opmerkingen:

Een reactie posten