zondag 6 juli 2014

Château Rothschild 2001

Weekoverzicht:

Maandagmorgen: Het kleine kippenhok schoongemaakt ter ontvangst van het nieuwe broed, dat over een week of drie zou kunnen gaan leggen. 

Maandagavond: Marimon doet mee aan een concert met zijn Barbershop zangclub, genaamd: ' l'Idiot du Village', vernoemd naar de oprichter, die zelf vindt dat hij aan die omschrijving voldoet.

Hier onder het gehele koor.
Bosje bloemen voor Cécile, de dirigente. Aangeboden door de Idioot (van het dorp).

De zangers/ of toeschouwers die aanzitten aan de door ons meegebrachte pick-nick.

Monika. Zat ik mee op de gym, maar zij zakte door haar been en sindsdien zingt ze alleen nog maar. Zij is een Duitse, maar spreekt eigenlijk alleen nog Frans. Zij heeft een prachtig, groot leeg huis ergens in de buurt staan, maar woont in een caravan sinds haar man is overleden. Vindt ze zeker gezelliger.

Rechts vooraan onze huurders. Zijn met hun neus in de boter gevallen.

Cécile, de charmante dirigente die het hart van bepaalde zangers gestolen heeft.

Links Dinah, mijn Engelse vriendin, rechts Mélancolie, de verhalenvertelster en echtgenote van de Idioot.

De linker dame is de moeder van de boerin die ons zelfgeslacht limousinkoeienvlees verschaft. U weet wel, van die gelukkige koeien die altijd in de wei blijven met kalfje bij mama en papa en die daarna jammerlijk geslacht worden ten behoeve van onze vleesverslaving.

De meneer naast haar is 'ne Belg die probeert zijn leven zo groen mogelijk in te richten en daar aardig in slaagt. Waarschijnlijk ook een klant van haar, als hij tenminste geen vego is.

Deze aardige dame vertelde mij hoe zij de boerendans ontsnapt is, door naar school te gaan. Haar onderwijzer had haar ouders ervan overtuigd dat het zonde zou zijn om haar verder onderwijs te ontzeggen daar zij over een bovengemiddeld verstand beschikte.
Haar vader stond hier wel achter, omdat hij zelf in zekere zin ook al een treetje boven de gewone landman stond als zijnde charron- forgeron, wagenmaker, en een ambachtsman was meer dan een boer. Om zijn opleiding te voltooien, moest hij naar de grote stad (Jonzac, 15 km. verderop), waar hij in aanraking kwam met cultuur: films, musea, bibliotheek. Hij was een man van de wereld geworden en wilde deze ervaring zijn dochter niet ontzeggen. Zo ging ook zij naar Jonzac, intern, eens in de maand naar huis. Zij kreeg een beurs die driekwart van de kosten betaalde, de ouders lagen krom voor het ontbrekende kwart. Dit alles voor een Collège met aansluitend Lycée, iets wat alle kinderen nu doen, begaafd of niet. 
Zonder dat briefje, het baccalaureat, ben je verloren.

Alle kinderen? Nee, nog steeds zijn er geen gelijke kansen voor iedereen. Bij de Secours, waar ik werk, sprak ik met een meisje dat daar komt helpen; ik vroeg haar of zij wist wat ze wilde gaan doen in het leven. O ja, dat wist ze. Ze wilde in de kinderverzorging. Waarom ze dat dan niet deed? Om in aanmerking te komen voor een opleiding, moest ze een aan een concours meedoen, een soort examen, waaruit dan weer de besten werden geselecteerd om mee te mogen doen met de opleiding. Als oudste van vijf uit een probleemgezin met doodzieke vader, was er geen financiële ruimte om haar naar Bordeaux te laten gaan, waar dit concours, en misschien ook wel de opleiding gegeven werd. 
Zo zie je maar weer, twintig jaar en al verloren voor de samenleving. Dit meisje zal nooit een baan krijgen, hoewel ze verstandig, beschaafd en aardig is. Hier kreeg ik akuut tranen van in mijn ogen. Vroeger a la, dat waren andere tijden. Maar anno 2014?

Terug naar ons feestje. Wie waren er nog meer?
Onze apothekeres met haar tomboy. Altijd in voor een vriendelijke glimlach.

En Claude, die de stemming er in houdt door gul met Marimon's wijnkelder rond te gaan. Château Rothschild 2001.
 



Marimon kan er gelukkig nog wel om lachen.



Het is al laat, zie ik. Morgen de rest van de week

Geen opmerkingen:

Een reactie posten