dinsdag 2 april 2019

Antonio die geen Antonio mocht heten.

Gister, aan de vooravond van de geboorte van onze zoon 46 jaar geleden, zaten Angelo Henny, Pino en ik in de Milanobar, Leidsestraat namen te verzinnen. Jongensnamen, want meneer Pinto een Indischman die bekend stond om zijn bijzondere gaven, had mij op kantoor de hand gelezen. Maximiliano kwam voorbij en Massimo, Angelo wilde Hugo, naar zijn nonno van moederskant. Ik wilde Christian, maar dat vond Angelo weer te christelijk. Eigenlijk zou hij Antonio moeten heten, naar nonno van vaderskant. Maar nonna was daar rabiaat op tegen. Antonio, Arcangelo , Antonio, Arcangelo...laten we eens stoppen met die voorwereldlijke reeks. Haar eigen zoon had ze Patrizio Mauro genoemd, toen de ambtenaar van de burgerlijke stand aan haar kraambed de namen kwam noteren. De eerste weken heette hij ook zo (dacht ze), tot het trouwboekje kwam, waaruit bleek dat haar man de ambtenaar was achternagelopen en dat deze er Arcangelo had voorgeplakt. Mannenmeningen wogen toen zwaarder. 

Max ongeveer 20 jaar.

De volgende dag toen mij, terwijl ik uitgeteld op de strijkplank lag, de naam van onze verse zoon werd gevraagd, mompelde ik: Max. 
Bij thuiskomst bleek er Antonio Gerard achtergeplakt, naar de nonno en de opa. Ook goed. Iedereen blij. Behalve nonno...
Nonna met Max 4 jaar en ik hoogzwanger van Vanessa.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten