We zouden eigenlijk naar het strand want er was mooi weer beloofd, maar toen viel er een overlijdingskaart in de bus.
Niet dat we de man kenden, het was een van de de oudste oudjes van de bejaardenclub waar we lid van zijn. Eigenlijk heet het 'le Club de l'Amitié', maar je kunt wel nagaan dat een 65 minner geen tijd heeft om op donderdagmiddag te gaan zitten klaverjassen. Het zal onze eerste begrafenis zijn hier in Normandie en bovendien heeft iemand de moeite genomen om persoonlijk een deelnemingskaart in onze bus te werpen, dus we moeten maar. Dan vroeg naar het strand en voor drieën terug. Maar vanmorgen zat de wereld potdicht van de mist, en drie graden, dus we lieten het plan maar even varen.
Eerst naar de tri, om een stapel struiken, afgewaaide takken en omgezaagde coniferen af te leveren.
Onderweg is het nog niet veel beter.
Rustig rijden maar, want voor je het weet zit je op een boerenkar.
Veilig in Passais aangeland. Nu nog naar de tri.
Uitladen maar en een volgend ritje.
Op de terugweg lijkt de mist op te klaren.
Bij thuiskomst dronken we koffie in de zon.
Des middags was er het begrafenisritueel, wat hier bestaat uit een langdradige kerkdienst met een korte opsommige wat de overledene in kwestie zoal bezighield op deze aarde.
Dat was in dit geval, boeren, voetballen en later naar voetballen kijken op T.V. Hij ging geloof ik ook nog wel eens vissen.
Verder moesten we afwisselend zitten en staan. Zitten met zingen en staan met bidden, waarbij niemand zijn ogen sloot en sommigen wat prevelden, maar de meesten hun kaken stijf op elkaar hielden. Gezongen werd er slechts door een bibberend, twee tonen te laag zingend koortje op de eerste rijen. Het orgel speelde er maar wat doorheen. De pastoor echode af en toe iets door de microfoon, waarbij ik verheugd de woorden zondaar en vergiffenis opving. Ha, dacht ik, hij ook. Aan het eind van de
ceremonie liep de hele kerk, die overigens van het begin tot het eind gevuld was, door naar voren waar de kist stond, om er een klodder wijwater op te sprenkelen. De rechter rij kreeg een wijwaterkwastje, de linker rij een twijgje waar je de kist mee moest zegenen en dat als een estafettestokje moest worden doorgegeven. Goed dat Marimon mij daar op wees, anders had ik het zo in mijn tasje gestoken. Al met al een melig gedoe, maar wat moet je anders, je kunt de overledene moelijk zonder boe of ba onder de grond kieperen. Ik vraag mij wel af hoelang ze nog doorgaan met die onzin. De tachtigers en negentigers zijn weldra op, zouden de huidige zeventigers niet al een beetje wijzer zijn?
Ik gok op nog één generatie.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten