maandag 16 december 2013

Hoedje van Leclerc

Ik heb een een hoedje gekocht bij Leclerc, zeven euro.



Het doet mij denken aan de hoedjes van de dames van de padvinderij. 1954.



Ik zit bij mijn moeder op schoot en ik ben zes jaar oud.
Mijn moeder was Raksja bij de padvinderij.
De linkse dame is mevrouw Jagt. De andere mevrouw Ouderkerk, de vrouw van de dokter. Deze is gedurende mijn hele jeugd onze huisarts gebleven, in ieder geval tot ik een jaar of 14 was, want ik herinner mij dat ik met mijn Indische vriendje in de wit met groen betegelde, met hertengeweien versierde, wachtkamer zat. Net een wildslagerij. De dame op de foto is waarschijnlijk dus niet ouder dan ik nu ben, of haar man moet tot aan het einde zijner dagen zijn doorgegaan met dokteren. Daarom denk ik dat een wel toe ben aan zo'n hoedje. Maar zij zullen er wel wat meer voor betaald hebben dan ik. Hun hoedjes zullen wel liefdevol in elkaar genaaid zijn door een bonafide hoedenmaakster uit de buurt. De mijne waarschijnlijk door kindervingertjes in Bangla-Desh.
Er kleeft bloed aan mijn hoedje.

De foto is in het plaatselijke hotel genomen, tijdens een feestelijke gebeurtenis, een receptie of zo. Mijn moeder heeft haar uniform aan, dus het moet te maken hebben gehad met de padvinderij, temeer omdat de twee aanwezige dames daar ook iets mee te maken hadden. Wat weet ik niet. In het bestuur, denk ik.

Wat zie ik er lief uit, zo braaf bij mama op schoot Maar dat is schone schijn, de ondeugd straalt er vlak achter. 'Wat een schatje', zeiden de mensen op straat. 'Zo lief is ze niet hoor', waarschuwde mijn moeder dan. Net als ik mensen voor onze poes Pipeline waarschuw. Pas op, niet gelijk aaien.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten