In mijn leven heb ik in talloze huizen gewoond. Soms huurhuizen of kamers of in het ergste geval, inwoning . Deze bewoningen laat ik niet meetellen in mijn opsomming.
De zeven belangrijke huizen zijn:
Het huis waar ik geboren ben in het dorp A.
Mijn vader zit hier voor het huis waar ik geboren ben, met een mij onbekend jongetje op schoot. Hij kende toen mijn moeder nog niet, maar was hier in de kost, omdat hij voor Rijkswaterstaat op en aan het kanaal werkte dat Amsterdam met de zee verbond en waaraan het dorp A. lag. Enkele jaren later, toen hij al met ons moe getrouwd en het eerste kind geboren was, herinnerde hij zich dit huis en huurde het.
De tuin was groot en aan alle kanten door sloten omringd. Met de naaste buur werd schreeuwend geconverseerd tijdens het ophangen van de was. Boeren en paardebloemen alom.
Moeder met de oudere broers, Dirk en Frits.
Hetzelfde huis later, met een stukje er aangebouwd.
Toen ik twee was, verhuisden we naar ons (hun) eerste koophuis, in dezelfde plaats. In dit huis ben ik opgegroeid.
Weer water alom. Slootje voor de deur, met bruggetje om de vijand buiten de deur te houden en op je buik naar het waterleven te staren. En om er in te belanden met je autoped en je emmertje aan het stuur. Ik heb het zelfs gepresteerd om vanuit de steeg, waar mijn moe mij van de fiets had getild, naar mijn nieuwe rode klompjes starend, achteruit lopend de weg over te steken en in het water te belanden. Zo ijdel, toen al.
Op deze straat heb ik mijn jeugd beleefd. Water en weiland, wilde winden vanuit zee, krakende takken, krijsende meeuwen. Uitzicht tot op de duinen en later de Hoogovens te IJmuiden.
Op deze straat heb ik mijn jeugd beleefd. Water en weiland, wilde winden vanuit zee, krakende takken, krijsende meeuwen. Uitzicht tot op de duinen en later de Hoogovens te IJmuiden.
Na uitzwerming en omzwerving in buitenlanden, huurkamertjes en inwoning en inmiddels een kind, kwam Zeeland in het verschiet.
Het eerste echte huis (koop), in IJzendijke, Zeeuws-Vlaanderen.
Veertienduizend gulden. 1973. Zonder douche, W.C. buiten.
Daar heb ik trouwens nooit last van gehad. Wassen met een kommetje gaat uitstekend. Wij hadden vroeger thuis tot 1960 geen douche, noch warm water. Voor mijn toenmalige Italiaanse echtgenoot gewend aan Romaans confort, was het wel even slikken. W.C. buiten had ook wel wat, ontlasten onder een sterrenhemel. Maar het plaatsje IJ. was van een ontstellende saaiheid. Vooral na Amsterdam en Rome.
Ik heb er niet eens een foto van.
Na een jaartje flat in Breda, terug naar Zeeland.
De Lange Kerkstraat in het stadje T. Daar zijn mijn kinderen opgegroeid en heb ik de meeste vrienden gemaakt. Daarom houd ik misschien wel van dit huis het meest. Het enige huis waar ik gewoond heb, dat in het centrum van een stadje lag
(de buitenlanden, huur en inwoning niet meegerekend).
Achter de blauwe neonletters van de HEMA, die mijn zoontje van vier, verse bezoeker van de christelijke kleuterschool, alwaar hij juist kennis had gemaakt met de het Heilige Boek, bestempelde als de woning van Onze Lieve Heer. O.L.H woont in de HEMA.
En wij er achter, verschil moet er zijn.
In 1990 trokken wij in bij Marimon in Muiderberg.
In 2001 naar Frankrijk: Eerst negen maanden huren in St.Privat.
Toen lievelingshuis nummer 2. Ons kasteeltje in Clamensac.
Voorkant op het zuiden, met uitzicht over het dal.
Achterkant op het noorden, met uitzicht op het weggetje en het dorp.
2007 naar onze huidige woning. Ons mediterraan bungalowtje.
Nog één maand op:
En dan......La Normandie!
Constante in mijn huizenhistorie: De altijd aanwezige tuin, hoe klein soms ook. Zou niet zonder kunnen.
De trend: Steeds meer land en steeds minder buren.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten