vrijdag 14 december 2012

Zo groen als gras.

Het zal komen door het donkeren der dagen dat we bijna iedere dag iets 'gezelligs' hebben. Vandaag was het te doen in le manoir 'La Sauvageonne', een schitterend oud Herenboerverblijf.
Wel prachtig mooi dus, maar ik moet er niet aan denken om al die hoge vertrekken met op elektriciteit aangedreven radiatoren te verwarmen. Het was wel goed geïsoleerd, dat weer wel.
Wij waren als gîtehouders uitgenodigd om, tijdens een door de  gasten samengestelde en meegenomen maaltijd, met onze soortgenoten van gedachten te wisselen over het gîteëigenarendom.
(misschien moet daar geen trema staan, maar ik ben in de war gebracht door het Nationaal Dictee). Maar wat we nu eigenlijk hebben besproken, zou ik niet kunnen reproduceren. We hadden het voornamelijk over hoe lang we hier zaten en hoe we hier terecht waren gekomen. Ook de Fransen, want geen van hen kwam hier uit de streek. We waren met 14, de helft Frans en de anderen helft Belgisch en Nederlands. Wat mij voornamelijk opviel was, dat de meerderheid in het gezelschap in hoge mate groen was. 
Daar kunnen wij nog een puntje aan zuigen, want ik moet tot mijn schaamte bekennen dat ik in de loop der jaren steeds minder groen geworden ben. Vroeger kocht ik nog wel in de onbespoten winkel of bakte bij voorkeur mijn eigen brood met graan van het land van Georges, een ecoboer van heb ik jou daar, dat we per groep lieten malen bij de plaatselijke molen. Ik bak nooit meer zelf brood, veel te veel werk, maak ook geen groenten of vruchten in om dezelfde rede. Ik ben wel een beetje schoner geworden wat andere dingen betreft, zoals een schonere auto, waar ik vroeger wegens geldgebrek in vervuilende wrakken rondreed.


Hier wordt wrak nr. zoveel door de kinderen opgetuigd om naar de sloop afgevoerd te worden. Het was ons huisje geweest op onze reizen en de kinderen zagen het als een soort uitvaart.

Ook vervuil ik mijn longen niet meer met de weduwe van Nelle half zwaar.

Het hoogst bereikbare voor deze mensen met wie ik vanmiddag aan tafel zat, was om volledig autonoom te worden. Eigen stroom en warmtevoorzienig, eigen wateraanvoer (put, bron, rivier, beek,
regenwateropvang), eigen graan verbouwen, zelf malen, zelf olie persen uit je eigen olijfbomen, moestuin, vruchtbomen enz.

Is leuk, maar je zal er heel veel tijd, geld en arbeidskracht in moeten investeren. En een heleboel luxe aan de kant zetten. En tja, wij miserabele stadsbewoners hebben toch niet de know how van de boeren en tuinders die hier zijn geboren en hun hele leven niet anders gedaan hebben. Willen wij zo leven als Tourtelot en zijn vrouw? Neen, wij willen benzine verspillen en naar Bordeaux rijden alleen om een filmpje te zien en te eten op de Boulevard.

De tafelgenoten van vanmiddag hadden zich trouwens vermomd als gewone mensen. Aan niets was te zien dat ze groene plannen hadden. Vroeger had de eco-bio mens toch minstens een zelf van schapewol gesponnen zelfgebreide trui aan. Liefst nog zaten ze tijdens het diner te breien. Mannen hadden lang haar, vrouwen vlechten, men liep op birckenstocksandalen of kameelleren laarzen met franje, droeg toch minstens een boerenbondkatoenen bloemetjesjurk of kaasdoeken India gewaad.
En roken! Vroeger rookten de groenen. Hier rookte niemand.

Volgens mij waren ze niet echt groen, ze hebben alleen maar al die zonnepanelen en windmolens in de tuin omdat ze te kniertig zijn om hun elektriciteitsrekening te betalen.


Maar dan wij: Kermis IJzendijke 1978 . 
Max, Sonja, Neiltje, ikke, Simonetta. Zo groen als gras.



Geen opmerkingen:

Een reactie posten