Pipeline is niet echt blij met de terugkeer van haar rustverstoorder, en blaast naar hem.
Léon vindt de ingepakte poot interressant en tikt er tegen, wat niet mag van mij.
Na een kwartiertje ga ik eens kijken, want het is zo stil.
Léon zit in zijn eentje onder de tafel in de zon. Pipeline heb ik al eerder de deur uitgelaten. De katteluiken zijn op slot. Maar Samir is nergens te bekennen. Wij onderzoeken alles. Alle kasten gaan drie keer open en weer dicht. Geen Samir. Toch uit het katteluik ontsnapt? Wij kijken in de garage, de cave, de buanderie. Wij kijken buiten, zoeken het terrein af, het kippenhok, speuren de weg af. Dit kan toch niet waar zijn. Zover kan ze toch niet zo snel met zo'n poot? Tot ik in de slaapkamer in het afgehaalde dekbed knijp en iets zachts voel...
Geen opmerkingen:
Een reactie posten